Derde klas:

stilte voor de storm.

 

In de derde klas staat het kind voor een drempel.

Het verlaat de dromerige, paradijselijke kinderwereld en verbindt zich langzamerhand met de omgeving.

Het wil geleid worden en wil vertrouwen krijgen in de verre toekomst.

Deze overgang wordt begeleid door de verhalen van het Oude Testament, waarin een stuk van de eigen ont-wikkeling van het kind weerspiegeld wordt.

 

 

Vertelstof

De kinderen leren nu verhalen kennen van de allerhoogste autoriteit: het Oude Testament.

De verhalen over de schepping laten hen de kos-mische verbondenheid beleven en geven hen het vertrouwen dat ze ook, zoals dieren en planten bij de aarde horen, als kroon op de schepping.

 

Taal

De verhalen van het Oude Testament vormen de basis voor het taalbeleven.

Luisteren, navertellen, toneelspelen en lezen

brengen de leerlingen tot een correct taalgebruik.

In eenvoudige opstelletjes worden de leestekens en eenvoudige spellingsregels toegepast.

De eerste woordsoorten worden met een passend beeld aangebracht.

Door het naspelen van verhalen en gedichtjes wordt taal een middel om de innerlijke gevoelswereld te veruitwendigen.

 

Rekenen

De getallenkennis wordt uitgebreid tot 1000.

Men oefent vooral het hoofdrekenen met de vier hoofdbewerkingen en de tafels van vermenig-

vuldiging tot 12.

 

Heemkunde

De band tussen de mens en zijn omgeving wordt

belicht in de perioden over akker- en huizenbouw.

De kinderen gaan ploegen, graan zaaien, oogsten, brood bakken en krijgen zo een beeld en innerlijke beleving van een essentieel levensproces.

Er komen eveneens een aantal ambachten aan bod waardoor ze vol bewondering kunnen kijken naar mensen die met liefde en eerbied hun werk doen.

De huizenbouwperiode sluit een innerlijke ontwikke-lingsfase af.

Het kind is dan klaar om zich echt met de aarde te verbinden.