Vierde klas:

ingrijpende veranderingen.

 

Door een sterker Ik-bewustzijn voltrekt er zich in het kind een breuk met zijn omgeving.  Het beleeft zichzelf als individu alleen tegenover de wereld.

Er groeit een steeds onafhankelijker en inniger zielenleven.

De confrontatie met de omringende wereld gaat gepaard met uitproberen of innemen van een eigen standpunt.

Jongens en meisjes willen niet meer samenspelen.  Liefdevolle autoriteit is nodig.
De wereld wordt met andere ogen waargenomen. Nieuwe waarden en een nieuw evenwicht worden niet zonder slag of stoot verworven.



Vertelstof.

In de vertelstof van de Germaanse mythologie worden de stormen van het eigen gevoelsleven herkend.

De Germaanse goden- en heldenverhalen vertellen hoe door moed en volharding het nieuwe evenwicht kan worden verworven.


Taal

De kinderen leren alle woordsoorten onderscheiden.

Ze maken kennis met de tijden en verkrijgen een eerste inzicht in de zinsbouw.

Het lezen gebeurt zowel individueel als in groep.  De spelling wordt grondig herhaald.

De stafrijmen worden geoefend.

 Rekenen

Het cijferen wordt aangeleerd: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen.

Het fenomeen van de breuken weerspiegelt de innerlijke breuk van het kind met zijn omgeving.


Mens- en dierkunde

In de dierkundeperiode leren de kinderen de wereld bekijken vanuit de mens.

In elk dier wordt een ‘sterk ontwikkeld stukje mens’ beleefd.  Doordat de mens de synthese van het dierenrijk vormt, is hij zo veelzijdig.

Een eerste inzicht in de ordening van de natuur ontwikkelt zich.

De liefde voor mens en dier wordt sterk opge-

roepen en het kind krijgt oog voor de unieke plaats van de mens in de schepping.

 Aardrijkskunde - Geschiedenis

De kinderen krijgen een eerste oriëntatie in de eigen omgeving.

Het eerste historisch besef wordt gewekt door dieper in te gaan op de geschiedenis van stad en streek.